4.1 Inventariseren rookgewoonte en stopmotivatie
Wanneer: dag 2
Begripsomschrijving
Tijdens het dag-2 gesprek wordt het rookprofiel opgesteld. Is er een stopmotivatie? Bij voldoende motivatie wordt de stop-roken behandeling direct gestart en wordt zorg gedragen voor de coördinatie van het zorgproces.
Praktisch handvat
Individueel gesprek met patiënt waarin onderstaande ter sprake komt:
- Stel rookstatus vast: roker – ex roker – nooit roker: Indien roker: bepaal pack years, vraag naar rookgedrag en geef stopadvies;
- Stel stopmotivatie vast: gemotiveerd – overweegt – niet gemotiveerd.
Stel actieplan vast, waarbij rekening wordt gehouden met het motivatieniveau:
A) Ongemotiveerde/overwegende patiënt: voer motivatie verhogend gesprek met behulp van de 5 R’s (zie bijlage 10a):
Noteer de minimale parameterset3:
- Roken: roker / ex-roker / nooit-roker;
- Datum stopadvies;
- Motivatie na motivatie verhogende behandeling: gemotiveerd / overweegt / ongemotiveerd;
- Datum motivatie verhogende behandeling;
- Vervolgafspraken.
B) Gemotiveerde patiënt: advies en directe begeleiding (gedragsmatig en farmacologische ondersteuning) met behulp van de 5 A’s (zie bijlage 10a)
Noteer in EPD minimale parameterset:
- Begindatum stoppen met roken begeleiding;
- Farmacologische behandeling: ja / nee;
- Zo ja medicatie noteren;
- Vervolgafspraken;
- Stopdatum.
Bij iedereen met longproblemen dient nicotine abusus besproken te worden, zo ook bij patiënten met gevorderd COPD. Bij het niet bespreken van roken doet de hulpverlener de patiënt tekort. Door het op de juiste manier bespreken (compassievol, zie bijlage 10a) laat de zorgverlener zien dat het roken niet veroordeeld wordt, de zorgverlener oprecht hulp kan aanbieden en de patiënt de moeite waard is. Bovendien wordt de patiënt een gelijkwaardige gesprekspartner i.p.v. aanhoren van (soms ongevraagde) adviezen. Wanneer uit het gesprek blijkt dat de patiënt er op dit moment niet over wil hebben, laat het dan ook echt rusten. |
Instrumenten Stoppen met roken
Meetinstrumenten:
- Fagerstromtest (mate Nicotine afhankelijkheid);
- Visual Analogue Scale (VAS) “meetlat” 0-10: patiënt geeft hiermee zijn stopmotivatie aan.
Literatuursuggesties en video’s:
- Zorgstandaarden, richtlijnen en zorgmodules:
- Partnership Stoppen met Roken met o.a. Zorgstandaard tabaksverslaving 2019, kwaliteitsregister en richtlijn behandeling van tabaksverslaving en stoppen met roken ondersteuning 2016;
- NHG-behandelrichtlijn stoppen met roken (2017) en zorgmodule (2015).
- Hoe stoppen met roken aan de kaart stellen en onderliggende vooraannames van de zorgverlener, compassie tonen. Zie bijlage 10a van het zorgpad;
- Toolkit stoppen met roken. Zie bijlage 10b van het zorgpad;
- Dekker P., Tabaksverslaving: voorkomen is beter dan niet meer kunnen genezen… (Bijblijven nr 5 2018);
- Dekker P., de Kanter, W. Motiveren kun je leren (2010).
Patiëntenmateriaal:
- Patiëntenversie zorgpad COPD, informatievel ‘stoppen met roken’;
- rokeninfo.nl;
- Dekker P., de Kanter, W. Nederland stopt! met roken (2008).
Overig/tips/voorbeelden:
- Handreiking Digitale Zorgtoepassingen voor patiëntgerichte COPD zorg, in het bijzonder onderdeel Leefstijlfactoren. In deze toolbox wordt een overzicht geboden van de beschikbare digitale toepassingen rondom COPD zorg. Zowel op het gebied van (digitale) voorlichtingsmaterialen, als op het gebied van monitoring, communicatie en gedeelde besluitvorming.
- Informatiekaart Aanspraak en bekostiging stoppen-met-rokenzorg
- Een voorbeeld van een rookstoppoli die veel aandacht schenkt aan geschoold personeel, intensieve begeleiding is de rookstoppoli Rode Kruis ziekenhuis in Beverwijk. Na een jaar is 50% van de mensen nog steeds gestopt met roken (rkz.nl/rookstoppoli).